arrow_back

De relatie tussen de CO2-Prestatieladder en circulariteit onderzocht

Wat is de relatie tussen CO2-management en circulaire economie? In samenwerking met de Universiteit van Utrecht onderzocht SKAO de ontwikkelingen binnen circulariteit en hoe de CO2-Prestatieladder circulaire economie kan stimuleren. 

Inleiding

CO2-uitstoot speelt een belangrijke rol bij klimaatverandering, CO2-reductie is dan ook een belangrijk middel om de klimaatdoelstellingen te halen. Daarnaast is de circulaire economie ook een belangrijk thema. Een circulaire economie is kortgezegd gericht op het elimineren van afval in de keten, door het gebruik van grondstoffen te vertragen en hergebruik van materialen te stimuleren.

SKAO ontvangt regelmatig vragen en signalen over de relatie tussen de CO2-Prestatieladder en circulariteit. Ook worden er circulaire oplossingen aangedragen bij eis 4D/5D (CO2-reductie projecten en -programma’s), zoals toenemende percentages hergebruikt asfalt en de productie van verpakkingsmateriaal wat uit de reststromen van tomaten wordt vervaardigd, alsook het denken in ketens wat door de Ladder gestimuleerd wordt en een basis legt voor circulair denken. In het recentelijk door SKAO en TU Delft uitgevoerde onderzoek ‘Op weg naar een klimaatneutrale infra’ spelen circulaire oplossingen een rol in het terugdringen van CO2-emissies bij asfalt, beton en staal. Dit lijkt niet heel verrassend, aangezien CO2-reductie een onderdeel is van de circulaire economie, maar SKAO vroeg zich af of organisaties dat ook zo zien. Hoe stimuleert de CO2-Prestatieladder de circulaire economie, en hoe kan SKAO dit optimaliseren?

Dit was het uitgangspunt voor het wetenschappelijk onderzoek dat een master student van de Universiteit Utrecht voor SKAO heeft uitgevoerd als haar afstudeeronderzoek. Het onderzoek bestond uit een literatuurstudie en interviews met 19 organisaties. De organisaties zijn gecertificeerd op de CO2-Prestatieladder en/of gebruiken het als inkoopinstrument. De organisaties zijn werkzaam in de sectoren grond-, weg- en waterbouw (GWW), de afvalsector of ingenieursdiensten en zijn bekend en aan de slag met circulariteit.

Resultaten

De onderzoeksresultaten van de literatuurstudie en interviews zijn grofweg in drie onderwerpen samen te vatten:

  1. Volwassenheid CO2-management vs het relatief nieuwe circulariteit

Zowel uit de literatuurstudie als de interviews blijkt dat het managen van CO2 als volwassen wordt beschouwd en circulariteit nog niet. CO2 is goed meetbaar en CO2-management wordt al meerdere jaren toegepast in organisaties, doordat ze gecertificeerd zijn op de CO2-Prestatieladder. Circulariteit heeft meerdere theoretische principes en het is nog een uitdaging om circulariteit in de organisatie te operationaliseren. De geïnterviewden gaven wat betreft CO2-management aan dat veel “makkelijke” CO2-besparende maatregelen zoals inkoop van groene stroom al zijn genomen. Om verdere CO2-reductie te stimuleren, moeten organisaties moeilijkere stappen nemen in onder andere gedragsverandering van medewerkers of investeren in duurzame technologie. Een voorbeeld hiervan is het leaseauto- of vliegbeleid aanscherpen of investeren in elektrisch materieel. De geïnterviewden vonden CO2-management belangrijk, maar werden nog enthousiaster van circulariteit. De organisaties zien een circulaire economie als een nieuwe en populaire ontwikkeling waar ze graag bij willen horen. Er waren wel een aantal uitdagingen in het toepassen van circulariteit, zoals het flexibel ontwerpen voor toekomstige generaties.

  1. Overeenkomsten en verschillen tussen CO2-management en circulariteit

De geïnterviewde personen zien CO2-management en circulariteit als twee afzonderlijke onderwerpen, waarbij circulariteit meer wordt gerelateerd aan projecten, terwijl CO2-management meer als bedrijfsvoering wordt gezien. Er zijn in veel gevallen verschillende mensen en afdelingen voor CO2 en circulariteit, die niet samenwerken.

Een overeenkomst tussen CO2-management en een circulaire economie is dat het gebruik van hernieuwbare energie en brandstof in de keten van essentieel belang is. Ketens bevatten ‘embedded’ CO2-emissies, en aandacht voor en maatregelen om CO2 te reduceren op dit gebied is noodzakelijk om de klimaatdoelstellingen te halen. Een verschil tussen CO2-management en circulariteit is volgens de geïnterviewden dat circulaire maatregelen op korte termijn soms meer CO2 kunnen uitstoten en dan op langere termijn juist CO2 reduceren. Bijvoorbeeld, recycling van producten zorgt tijdens het recyclen voor meer CO2-uitstoot, maar voorkomt uitstoot op de lange termijn. Bij focus op CO2-management kan recycling als nadelig worden gezien. Andersom is focus op circulaire economie soms nadelig voor CO2, bijvoorbeeld wanneer er grote afstanden overbrugd worden of restmaterialen gebruikt worden met een hoge CO2-impact.

Een ander onderwerp is het meten van CO2 en circulariteit. De geïnterviewde organisaties meten en beheren hun CO2-emissies kwantitatief, voor circulariteit verschilde dit. Er waren evenveel organisaties die een life-cycle assessment (LCA) tool als hulpmiddel gebruiken om circulariteit te berekenen, als organisaties die circulariteit niet meten. Uitdagingen voor het meten van circulariteit zijn onder andere representatieve data en conflicten tussen circulaire indicatoren. Organisaties doen momenteel vooral aan storytelling over circulaire activiteiten om er bekendheid aan te geven en vonden het niet noodzakelijk om het kwantitatief te meten. De organisaties willen echter wel zowel CO2-management als circulariteit kunnen monitoren.

  1. De CO2-Prestatieladder als stimulans voor een circulaire economie

Er is geen standaard om circulariteit te meten. In de literatuur wordt CO2-impact regelmatig gebruikt als indicator om impact voor circulariteit te meten. De geïnterviewden waren verdeeld over of CO2 een indicator kan zijn voor circulariteit. Enerzijds is het een goede en simpele manier om impact te meten, anderzijds is het één van de facetten van een circulaire economie en omvat het niet alles. Focus op hernieuwbare energie en brandstof is erg belangrijk voor een circulaire economie, en dit kan uitgedrukt worden in CO2-impact.
 

Op de vraag of de CO2-Prestatieladder de circulaire economie stimuleert kwam geen directe sterke relatie als antwoord, wel werden de volgende zaken als stimulerend gezien:

  • Alle thema’s van de Ladder (inzicht, reductie, transparantie en participatie), met name ‘participatie’. De geïnterviewden vonden dit stimulerend doordat je horizontaal in de sector en verticaal in de keten samenwerkt.
  • Niveau 4 en 5 van de Ladder, omdat op de hogere niveaus expliciete eisen worden gesteld aan samenwerking in de keten. Deze worden op niveau 1 t/m 3 niet vereist.

Veel geïnterviewden noemden de relatie tussen de CO2-Prestatieladder en circulariteit indirect. De geïnterviewde organisaties vinden dat de CO2-Prestatieladder een circulaire economie niet in de weg staat. De CO2-Prestatieladder zorgt ervoor dat duurzaamheid hoog op de agenda staat, een continu onderdeel is van de bedrijfsvoering, en dat hun manier van werken is verbeterd. Dit maakt het makkelijker om circulariteit als onderdeel van een duurzaam beleid te agenderen en implementeren.

Aanbevelingen voor het stimuleren van de circulaire economie door de CO2-Presatatieladder

Op basis van het wetenschappelijk onderzoek zijn een aantal aanbevelingen benoemd voor de CO2-Prestatieladder om de circulaire economie te stimuleren, te weten:

  1. De geïnterviewde organisaties hadden de perceptie dat CO2-management en circulariteit twee losstaande onderwerpen zijn, waar verschillende mensen en afdelingen aan werken. Dit is niet wenselijk, want CO2-management en circulariteit gaan regelmatig hand in hand.  Keuzes op het gebied van hernieuwbare energie en brandstof zijn voor beide onderwerpen essentieel, en daarom kan SKAO de overlap tussen de onderwerpen beter uitdragen. Dit kan organisaties stimuleren om de uitdagingen van CO2-reductie aan te pakken door de inzet van circulaire oplossingen en vice versa.
  2. De CO2-Prestatieladder zou een grotere rol kunnen spelen in het promoten van een circulaire economie. Nu wordt de CO2-Prestatieladder als enkel gericht op CO2 gezien, maar op sommige issues die de ontwikkeling van een circulaire economie vertragen of tegenwerken, heeft de CO2-Prestatieladder invloed. Bijvoorbeeld de behoefte aan meer samenwerking en gebrek aan data en transparantie.  
  3. De thema’s waaruit de CO2-Prestatieladder is opgebouwd (inzicht, reductie, transparantie en participatie) stimuleren actie in de keten, wat belangrijk is voor een circulaire economie. In het Handboek kan ruimte en aandacht worden besteed aan circulariteit, net zoals in de communicatie van SKAO. De Ladder kan hierdoor de toepassing en volwassenheid van circulariteit bevorderen.
                                                                                                                                                                                      

Wat gaat SKAO doen met de onderzoeksresultaten?

Hierboven staat een korte samenvatting van de belangrijkste punten van het onderzoek beschreven. Tot slot beschrijven we wat SKAO hiermee gaat doen.

  1. SKAO benoemt elke drie jaar Ambities en Prioriteiten, thema’s die een rode draad vormen in haar werkzaamheden en waaraan zij in de betreffende drie jaar extra aandacht geeft. De Ambities en Prioriteiten 2019 – 2021 zijn eind 2018 door het Bestuur vastgesteld, en worden momenteel uitgewerkt. Een van de Ambities en Prioriteiten betreft meer aandacht voor circulariteit. SKAO richt zich hierbij op de overlap tussen CO2-management en circulariteit, niet op overige aspecten van circulariteit.
  2. SKAO zet zich in om de eerste en tweede aanbeveling uit dit onderzoek te vertalen naar de praktijk. Dus om inzicht te geven in het feit dat circulariteit en CO2-management elkaar niet bijten, maar elkaar juist kunnen versterken in bepaalde gebieden en materiaalstromen, en SKAO gaat de invloed van de CO2-Prestatieladder op circulariteit promoten. Kortom, SKAO zet zich in om  organisaties te stimuleren naar een CO2-arme en circulaire economie toe te werken.
  3. SKAO werkt momenteel aan een update van het Handboek 3.0 naar versie 3.1, zoals besloten door het Centraal College van Deskundigen (CCvD). Tijdens deze update wordt onder andere bekeken waar de Ladder circulariteit kan bevorderen, door bijvoorbeeld expliciet circulaire maatregelen te benoemen, en wordt dit in het Handboek benoemd, waarmee zij de derde aanbeveling waarborgt.

Mocht u meer willen weten over bovenstaande, of heeft u een praktijkverhaal waarbij uw organisatie aan zowel CO2-reductie en circulariteit werkt, we horen het graag: [email protected]

Het onderzoek werd uitgevoerd door Gillian Phair, die nu dankzij haar werk bij SKAO werkzaam is bij Leafteasers. Het onderzoeksrapport Analysing the stimulation of the Circular Economy from the CO2 Performance Ladder kunt u hier downloaden. 

Prev:
Next: