arrow_back

OESO: ‘Meer actie ondernemen om milieuvoetafdruk te verkleinen’

De productie van goederen neemt toe dankzij een groeiende vraag vanuit de markt. Dit leidt tot economische groei. Tegelijkertijd moet de CO2-uitstoot van deze productieprocessen beperkt blijven om de klimaatverandering tegen te gaan. Daarom moeten verschillende landen maatregelen nemen om economische groei los te koppelen van CO2-uitstoot en daarmee minder CO2 uitstoten per eenheid.

Naast het verminderen van de CO2-uitstoot die door productieprocessen wordt veroorzaakt, moeten landen net zoveel aandacht besteden aan emissies die ontstaan door de import en export van goederen.

Dat blijkt uit onderzoek van de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling). In het onlangs gepubliceerde onderzoeksrapport ‘Green Growth Indicators 2017’ blijkt dat 50 procent van de 35 landen die deelnemen aan de OESO zijn geslaagd in het loskoppelen van economische groei en CO2-uitstoot.

Door de groei van de economie los te zien van CO2-uitstoot dragen landen die deelnemen aan de OESO, zoals de Verenigde Staten, Denemarken, Nederland, maar ook India, bij aan de strijd tegen klimaatverandering. Hiervoor zetten de landen maatregelen in als de opwekking van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie.

CO2-uitstoot door import en export

Wanneer er wordt gekeken naar de handelsstromen in de 35 OESO-landen, is het beeld echter minder rooskleurig. Zo laat de organisatie weten dat er in dat geval slechts 12 OESO-landen de broeikasgasemissies wisten los te koppelen van het bruto binnenlands product (bbp). Dit gaat over de CO2-uitstoot van goederen die in eigen land zijn geproduceerd.

Naast de CO2-uitstoot die door productieprocessen in eigen land wordt veroorzaakt, neemt de Green Growth Indicator ook de CO2-uitstoot afkomstig uit de import en export van goederen onder de loep. Dit rekent de OESO als emissies die ontstaan door het voldoen aan de vraag van goederen in eigen land.

“Hoewel er tekenen zijn dat duurzaamheid groeit, laten veel landen voortgang enkel zien op één of twee aspecten en wordt er minder aandacht besteed aan de andere aspecten”, vertelt Simon Upton, directeur Environment van de OESO, in een persbericht. De Green Growth Indicator bestaat naast de landelijke CO2-uitstoot uit onderdelen als luchtvervuiling, materiele productiviteit en belasting voor uitputting van natuurlijke grondstoffen. Op basis van deze onderdelen krijgen de landen jaarlijks een score op de Green Growth Indicator.

Hoe scoort Nederland?

De OESO concludeert dat Luxemburg, IJsland, Denemarken, Noorwegen en Nederland consistent het hoogst scoren op de geselecteerde onderdelen van de Green Growth Indicator. Zo staat Nederland in de top 7 landen met de hoogste belastingpercentage voor milieu-uitputting door gebruik van schaarse grondstoffen en vervuilende energiebronnen.

In 2014 had Nederland de hoogste percentage benzineaccijns in Europa, blijkt uit het Oliebulletin van de Europese Commissie. Volgens de OESO draagt een hogere belasting op gebruik van grondstoffen in plaats van arbeid bij aan de transitie naar een groenere economie.

Een plek in de top 7 landen die een hogere belasting leggen op milieu-uitputting, is echter niet voldoende om de Nederlandse CO2-uitstoot in 2030 te hebben gehalveerd. Uit eerder onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) blijkt dat Nederland in 2050 zo’n 85 tot 95 procent van de CO2-uitstoot moet verminderen ten opzichte van 1990 om de doelen van het Parijse Klimaatakkoord te behalen.

Verder blijkt uit de Green Growth Indicators dat Nederland in vergelijking met de andere OESO-landen laag scoort op het gebied van groene innovaties die leiden tot CO2-reductie. De OESO stelt dat Japan, de Verenigde Staten, Duitsland, Zuid-Korea en Frankrijk voorop lopen in de ontwikkeling van duurzame technologie voor milieubehoud.

Onderneem actie om de milieuvoetafdruk te verkleinen

De OESO roept landelijke bestuursorganen daarom op om meer actie te ondernemen om de collectieve milieuvoetafdruk te verkleinen. De organisatie ziet kansen voor samenwerking tussen verschillende landen om CO2-reductie aan te jagen in de handelsstromen. Daarnaast moeten duurzame innovaties en maatregelen als hernieuwbare energie en energie-efficiëntie economische groei stimuleren zonder daarbij de CO2-uitstoot verder te doen stijgen.

Wat is jouw CO2-impact als bedrijf op de CO2-Prestatieladder?

Het rapport van de OESO gaat over de CO2-impact van landen, maar ook als bedrijf kan je je eigen CO2-impact inzichtelijk maken en maatregelen nemen om deze te verkleinen.

In de Maatregellijst voor de CO2-Prestatieladder vul je als bedrijf je Globale Maat in: CO2-footprint, omzet en aantal FTE. Hierdoor krijg je inzicht in de CO2-uitstoot per Euro omzet of per FTE. Wanneer je dit jaarlijks bekijkt kan je in de gaten houden in hoeverre jouw CO2-impact kleiner wordt en maatregelen nemen om dit verder te stimuleren.


Bron: OESO

Prev:
Next: